Lezing
Hymne
1626
Psalmen
836
Lauden
Hymne
1628
Psalmen
838
KS
131
Middaggebed
Hymne
758
Psalmen
842
KS
132
Vespers
Hymne
1633
Psalmen
846
KS
133
Completen
Hymne
682
Psalmen
1209
HH. Basilius de Grote en Gregorius van Nazianze
bisschoppen en kerkleraren
Basilius, in 330 uit christelijke ouders geboren te Cesarea in Cappadocië, onderscheidde zich bijzonder door wetenschap en deugd. Na zijn studiejaren leidde hij een verstorven leven in de eenzaamheid, maar in 370 werd hij bisschop van zijn geboortestad. Krachtig bestreed hij de dwaalleer van de Arianen. Onder zijn vele en belangrijke geschriften nemen zijn regels voor de monniken een geheel eigen plaats in: nu nog worden zij door monniken in het Oosten onderhouden. Voor de armen toonde hij zich een vader. Hij stierf op 1 januari 379.
Eveneens in 330 werd Gregorius geboren nabij Nazianze. Voordat hij zijn vriend Basilius in de eenzaamheid volgde, had hij op vele reizen zijn geest verrijkt met kennis en wetenschap. Priester en bisschop gewijd, werd hij in 381 gekozen tot bisschop van Constantinopel, maar toen zijn kerk door partijtwisten verdeeld werd, trok hij zich terug in Nazianze, waar hij op 25 januari 389 of 390 stierf. Om zijn hoogstaande leer en zijn grote welsprekendheid wordt hij Gregorius de theoloog genoemd.
Eerste lezing
1 Joh. 2, 22-28
Vrienden, wie ontkent dat Jezus de Verlosser is, is dat niet de leugenaar?
Dat is de ‘antichrist’: de loochenaar van de Vader èn van de Zoon.
Wie Christus loochent kan God niet vinden: wie de Zoon belijdt, heeft ook de Vader.
Wat u betreft, zorgt er voor dat in u levend blijft wat gij vanaf het begin gehoord hebt;
dan zult gij zelf blijven in de Zoon en ook in de Vader.
En gij kent de belofte, die Hij ons zelf gedaan heeft: de belofte van eeuwig leven.
Dit met het oog op hen, die u willen misleiden.
Wat uzelf aangaat, de inwijding die gij van Hem ontvangen hebt, blijft u bij,
gij hebt geen andere leraar nodig. Zijn wijding onderricht u in alles;
ze is waarachtig en zonder bedrog. Blijft in Hem, zoals zij het leert.
En nu kinderen, blijft in Hem. Dan zijn wij vol vertrouwen als Hij zal verschijnen,
en hoeven wij bij zijn komst niet beschaamd te zijn.
Antwoordpsalm
Psalmen 98(97),1.2-3ab.3cd-4
Zingt voor de Heer een nieuw gezang,
omdat Hij wonderen deed.
Zijn hand deed zich krachtig gelden,
de macht van zijn heilige arm.
Zijn weldaden deed Hij ons kennen,
de volkeren zijn gerechtigheid.
Opnieuw bleek zijn goedheid en trouw,
ten gunste van Israëls huis.
Geheel de aarde aanschouwde,
wat onze God voor ons deed.
Verheerlijkt de Heer, alle landen,
weest blij, verheugt u en zingt./p>
Evangelie
Joh. 1, 19-28
Dit is het getuigenis van Johannes, toen de Joden uit Jeruzalem priesters en levieten naar hem toezonden om hem te vragen: ‘Wie zijt gij?’
Daarop verklaarde hij zonder enig voorbehoud en met grote stelligheid: ‘Ik ben de Messias niet.’
Zij vroegen hem: ‘Wat dan? Zijt gij Elia?’ Hij zei: ‘Dat ben ik niet.’ ‘Zijt gij de profeet?’ Hij antwoordde: ‘Neen.’
Toen zeiden zij hem: ‘Wie zijt gij dan?’ Wij moeten toch een antwoord geven aan degenen die ons gestuurd hebben. Wat zegt gij over uzelf?’
Hij sprak: ‘Ik ben, zoals de profeet Jesaja het uitdrukt, de stem van iemand die roept in de woestijn: Maakt de weg recht voor de Heer!’
De afgezanten waren uit de kring van de Farizeeën. Zij vroegen hem:
‘Wat doopt gij dan, als gij de Messias niet zijt, noch Elia, noch de profeet?’
Johannes antwoordde hun: ‘Ik doop met water, maar onder u staat Hij die gij niet kent,
Hij die na mijn komt; ik ben niet waardig de riem van zijn sandalen los te maken.’
Dit gebeurde te Betanie, aan de overkant van de Jordaan, waar Johannes aan het dopen was.