In deze uitzending luisteren we naar een gesprek van collega Nele met zuster Nora en zuster Mieke van de zusters van Sint-Jozef, in 1650 gesticht door de jezuïet Jean-Pierre Médaille. Ze waren te gast bij Radio Maria tijdens het Sint-Jozefjaar, in 2021, in het programma ‘De Kerk leeft’. Vandaag, in deze maand maart toegewijd aan de Heilige Jozef, luisteren we samen opnieuw naar dit boeiend gesprek!
De voorbije vier eeuwen waren de Zusters van Sint-Jozef actief in het onderwijs, de geestelijke gezondheidszorg, de ouderenzorg en pastorale activiteiten. Bezield door de durf en ijver van hun stichter Jean-Pierre Médaille durfden ze het aan om landsgrenzen en zelfs oceanen over te steken. Ze vertrokken telkens als een kleine groep, die uitgroeide tot een grote gemeenschap. Altijd vanuit de missie van hun Franse stichter: eenheid onder elkaar en met allen die zij ontmoeten. Ook in Munsterbilzen werden er vanaf 1895 zaadjes geplant. De zusters drukten er hun stempel op de ziekenverzorging, het onderwijs en de parochie.
Geboren uit het verlangen van God, geboren uit het verlangen van zeven vrome mensen, werd de congregatie van de Zusters van Sint-Jozef gesticht in 1650 in Clermont-Ferrand. Vanuit verschillende actievelden die inspeelden op de plaatselijke behoeften, werden de zusters pioniers van een gedegen geestelijke gezondheidszorg en onderwijs. In de loop van vier eeuwen spreidde de congregatie zich uit over de hele wereld, met op dit moment meer dan 40.000 leden.
Verbonden met God door Zijn Woord dat hen doet leven in eenvoud en hartelijkheid, staan de zusters in dienst van elke mens. Die verbondenheid vormt de kern van hun spiritualiteit en engagement.Vandaag zijn de Zusters van Sint-Jozef nog altijd gedreven door de Geest en blijven ze toekomstgericht werken. Ze gaan dan ook samen op weg met De Tochtgenoten, die bezield door dezelfde spiritualiteit dienstbaar in het leven staan.
Morgen luisteren we naar het laatste deel van dit gesprek!
En ook vandaag hebben we een Bijbelvers getrokken uit ons mandje:
Abba, Vader!
– Rom 8, 15